De vorige eigenaar had al eens een aardige som geld gestoken in de vervanging van de elektra. Die elektra was, naar mijn bescheiden mening, ergens tussen 1940 en 1945 nog door de Oosterburen aangelegd. Hier en daar troffen wij in het privégedeelte dan ook nog wel eens stoffen bedrading aan. Volgens de kenners levensgevaarlijk en waren we al meerdere malen aan een grote ramp ontsnapt.
Volgens diezelfde kenners hadden de klussers, ingehuurd door die vorige eigenaar, op een aantal fronten ook wel behoorlijk wat steken laten vallen, waardoor de term “klussers” ietwat afgezwakt diende te worden naar “prutsers”. Ik kan me nog goed herinneren dat de eerste keer dat elektricien Ron zich herhaaldelijk afvroeg waar hij nu in godsnaam naar aan het kijken was. De wijze waarop de wirwar aan draden aan elkaar gekoppeld was, was onnavolgbaar. En in sommige gevallen was het aan elkaar geknoopt met wat tape eromheen. Zoals de elektra die door de tuin liep. Kennelijk was er een keer een schep door heen gestoken en had iemand het maar weer aan elkaar geknoopt. Gedurende de tijd was de tape verduurd en kwam er dus regen bij, waardoor de stroom wel eens uitviel. Het kostte behoorlijk wat tijd om uit te vinden waardoor het kwam. Lachen was dat!
Gedurende de jaren werd de elektra tiptop in orde gemaakt door elektriciens Ron en Michel. (waarbij de laatste ook de zonnepanelen tot de maximale prestatie wist te krijgen).
De kleinere elektra dingen kon ik natuurlijk prima zelf. Zoals lampen aansluiten, bedrading doortrekken, etc. Daarbij moet ik wel zeggen dat “natuurlijk zelf” eigenlijk meer was “al doende leert men”. Zo kwam het hele huis zonder stroom te zitten toen ik samen met oudste zoon Tom een lampje wilde aansluiten in de voormalige jachthut, waarbij vrouwlief naar buiten kwam rennen met de prangende vraag waarom het brandalarm afging en overal het licht was uitgevallen…
Of die ene keer, dat we voor ons zelf een nieuwe lamp voor in de kamer hadden gekocht. Met de spanningsmeter in de hand en een papier in de andere hand, stond ik op de ladder klaar om de oude lamp af te koppelen. Op het papier hadden de vorige klusprutsers aangegeven welke stroompunten op welke groepen waren aangesloten. Altijd handig, dacht ik nog toen ik dat papier vond en het braaf had opgeborgen in een laatje: dat zou later goed van pas komen. En dat was dus nu.
Ik riep naar Eveline, dat ze groep drie moest afkoppelen, gevolgd door “Ok!”.
Ik haalde lamp van het plafond pakte de draden vast en lag een fractie van een seconde later naar het plafond te staren met een pijnlijke linkerarm waar net behoorlijk wat elektra door heen gegaan was.
Vanuit de gang hoorde ik Eveline zeggen “Hey, de stroom is uitgevallen!”
Bleek het toch groep 4 te zijn…
Zachtjes mompelde ik “Kunnen die lui dan ook niets goed doen……”